ZWOLLE (ADP) – Voor het verwaarlozen van zijn veestapel is een 65-jarige boer uit Wanneperveen veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur. De helft hiervan is voorwaardelijk. Hij mag drie jaar lang geen runderen houden. Wel mag hij maximaal vijf landbouwdieren houden.
Het Openbaar Ministerie eiste twee weken geleden een bedrijfstop voor de duur van tien jaar. Met daarnaast een voorwaardelijke celstraf van zes maanden.
Controleurs van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteiten (NVWA), waaronder een dierenarts zagen op 13 februari koeien onder erbarmelijke omstandigheden op stal staan. Ze hadden geen droge ligplaatsen en stonden in de mest. De watervoorziening was lek waardoor de dieren onvoldoende schoon drinkwater hadden.
De controleurs zagen attributen en werktuigen met scherpe randen in het land, waar koeien zich aan konden verwonden. Een koe zat met een poot vast in de afrastering. In een rooster op de stal zat een groot gat, waar een koe met de poten doorheen kon zakken. Hun voer was beschimmeld. In de stal lag een dood kalf. Uiteindelijk werden 52 runderen afgevoerd. De overige 67 koeien bleven op het bedrijf en werden later alsnog verkocht.
De controleurs brachten de boer twee weken later opnieuw een bezoek. De situatie was nagenoeg niet veranderd. De veehouder zelf vond het allemaal heel erg meevallen: ,,In een stal heb je nu eenmaal mest en de dieren zijn niet omgekomen door dorst”. Hij is inmiddels noodgedwongen gestopt met de bedrijfsvoering. De koeien zijn naar eigen zeggen ver onder kostprijs verkocht.
De rechter vond de verzorging van de dieren op dat bedrijf volstrekt onvoldoende. De boer is voor vergelijkbare zaken veroordeeld in 2017 en 2018, dus wist hij goed dat hij als veehouder verantwoordelijk was voor de leefomstandigheden van zijn vee. Volgens de rechter heeft de boer opzettelijk zijn vee verwaarloosd. De man is vanaf zijn 15ejaar boer, werkt alleen en hij wordt een dagje ouder. Hij doet zijn werk op zijn eigen manier. Hij wil zich dan ook niet conformeren aan de voorschriften die hem worden opgelegd.
De rechter oordeelde toch aanzienlijk milder, nu het bedrijf is stilgelegd en de dieren weg zijn. Dit ervaart de boer als een straf op zich. Voor het niet tijdig melden van het kadaver legde de rechter de boer een voorwaardelijke boete van 350 euro op.