Man krijgt postpakket met cocaine bezorgd: ‘Ik ben erin geluisd’

Man krijgt postpakket met cocaine bezorgd: ‘Ik ben erin geluisd’

Geschreven door | 2020-01-26T20:03:51+00:00 26 januari, 2020|Groningen, Rechtbank|

Zijn twee buurmannen uit Delfzijl verantwoordelijk voor de smokkel van cocaïne of niet? Dat is de vraag waar de rechtbank zich over moet buigen.

 

Het verhaal begint in november 2018. Toen onderschepte de douane op Schiphol een postpakket uit Aruba. In het pakketje zaten cadeauverpakkingen en een kleine vierhonderd gram cocaïne.

 

De politie besluit het poeder in het pakketje te vervangen door nep-drugs en bezorgt het als postbezorger aan de geadresseerde: een 45-jarige verslaafde Turk.

 

‘Erin geluisd’

 

Vrijdag verklaarde de man voor de rechtbank dat hij ‘erin geluisd was’. De andere verdachte, een 24-jarige man, zou samen met een Antiliaan bij hem op bezoek zijn geweest. De twee buurmannen hebben veelvuldig contact, omdat de 24-jarige de drugs voor zijn buurman regelt.

 

Tijdens dat bezoek heeft Antiliaan de verslaafde man drugs aangeboden, waarna hij de vraag kreeg of hij mee wilde doen aan de smokkel. De Turkse man zegt dit niet te hebben gewild.

 

Vraagtekens

 

De rechter zet vraagtekens bij deze handelswijze. ,,Waarom stuurt iemand dat naar jou terwijl ze niet weten wat je ermee gaat doen en hebt gezegd dat je het niet wilt?” Toch houdt de man voet bij stuk.

 

De andere verdachte begrijpt zelf niet waarom hij erbij is betrokken. ,,Waarom wijst hij mij aan als een Antiliaan het heeft gedaan. Ik ken niemand op Aruba, ik kom er nooit en ik spreek de taal niet.’’

 

Twijfels

 

Wie deze Antiliaan is wordt ook tijdens de zitting niet duidelijk. De Turkse man zegt dat hij hem via zijn buurman kent en twee keer heeft gezien, zijn buurman zegt helemaal niet te weten welke Antiliaan er wordt bedoeld.

 

Tijdens de lange zitting slaan bij de officier van justitie de twijfels toe over de betrokkenheid van de verslaafde man. Hij wil daarom ook vrijspraak voor de smokkel. Wel eist hij een taakstraf van veertig uur voor de handel in methadon, een tweede feit waarvoor de man voor de rechtbank moest verschijnen.

 

‘Door het oog van de naald’

 

De rol van de 24-jarige man is volgens de aanklager een heel ander verhaal. ,,Ik zie hem als mededader en ook als degene die zijn buurman erbij betrokken heeft.” Wel houdt hij in zijn strafeis rekening met de persoonlijke omstandigheden. De man is recent samen gaan wonen met zijn vriendin, heeft een baan en een opleiding en lijkt zijn leven goed op de rails te hebben.

 

Hij hoeft daarom van de officier van justitie niet terug de gevangenis in. Wel wordt er een taakstraf van 180 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van tien maanden geëist. ,,Daarmee kruipt hij door het oog van de naald”, vindt de aanklager. Deze straf is niet alleen voor de smokkel, maar ook voor het handelen in hasj.

 

De rechtbank doet over twee weken uitspraak.

 

Over de auteur:

Laura Smit zit al sinds 2010 in de rechtbank en is nu ook rechtbankverslaggever voor het ADP. Daarnaast is ze freelancejournalist voor het Dagblad van het Noorden en de Leeuwarder Courant. Twitteraars kennen haar als @annalaura87