‘Overvaller, ik hou van jou’

‘Overvaller, ik hou van jou’

Geschreven door | 2018-08-09T00:00:12+00:00 08 augustus, 2018|Blog|

Als rechtbankverslaggever maak je weleens zaken mee waarvan je denkt: met deze zaak is iets bijzonders aan de hand. Soms betreft dat gevoel een misbruikzaak, een of een witwaszaak. En soms heb je dat bij een overval.

Onderstaand verhaal is zo een zaak. Een overval op de woning van een alleenstaande, 67-jarige juweliersvrouw.

 

De overval gebeurt op 27 mei vorig jaar in Groningen, in het holst van de nacht.

‘Ik hou van jou’ tegen overvaller
Het is warm, die nacht in mei. De vrouw sleept wat dekens naar de keuken. Ze wil ondanks de warmte een beetje koel kunnen slapen. Het is even over drie uur in de nacht wanneer ze wakker schrikt. Ze voelt een man bovenop zich. Hij houdt een gehandschoende hand om haar mond. De vrouw worstelt haar gezicht los en kijkt opzij. Ze ziet dat haar belager een snoer van haar krulset wil pakken. Doodsbang dat hij haar daarmee zal gaan wurgen, zegt ze drie keer tegen de man dat ze van hem houdt.

Tijdens de zitting zegt ze dat ze hem de liefde verklaarde om te proberen bij hem een gevoelige snaar te raken. ‘Misschien werd hij milder en ging hij sneller weg’, snikt ze tijdens het voorlezen van haar slachtofferverklaring.

De vrouw krabt de man, en slaat tijdens het gevecht van zich af. Ze komt uiteindelijk gewond uit de worsteling. De overvaller heeft dan inmiddels de woning verlaten. Het is halfvier in de nacht.

Binnensluipen met eerder gestolen sleutelbos
Bij de politie komt rond dat tijdstip een melding binnen. Meteen bij binnenkomst zegt de vrouw dat ze een halskoord mist, met daaraan een sleutelbos. Aan deze sleutelbos bungelen sleutels van haar twee juwelierszaken in Groningen en in Sneek. Ze linkt de overval meteen aan een eerdere inbraak bij haar thuis, gepleegd in december 2016, in dezelfde woning, op zevenhoog. Ook toen betrof de buit een sleutelbos. De inbreker van toen moet deze nacht met haar eigen sleutels haar woning zijn binnengeslopen, zegt de vrouw tegen de agenten.

Geen braaksporen
In en om de woning worden geen sporen van braak aangetroffen. Niet bij de voordeur van de woning, niet bij de ramen of kozijnen en ook niet op het balkon. De beide juwelierszaken van de vrouw blijven na de overval bespaard van diefstallen. Ook de woning van de moeder van de vrouw blijft onaangeroerd. Gelukkig, want ook haar huissleutel zat aan de verdwenen sleutelbossen.

Y-chromosomaal onderzoek
De politie onderzoekt de woning va de juweliersvrouw, maar doet ook nader onderzoek bij de vrouw zelf. Onder haar nagels wordt lichaamsmateriaal aangetroffen. In de woning van de vrouw ontdekt men een T-shirt met daarop twee DNA-mengprofielen. Eén profiel is van de vrouw zelf. Nadat de vrouw een klaplong, gebroken ribben en een gescheurde ellepijp te boven komt, pakt ze haar leven weer op. In die tijd komt ook de 34-jarige Appingedammer in beeld. Hij blijkt de donor te zijn van het achtergebleven DNA-materiaal.

Fors strafblad opgebouwd
Hij is geboren in Curaçao en heeft daar een fors stafblad opgebouwd met inbraken, diefstallen met geweld, en bedreigingen. De man is vanaf 2005 een bekende van politie en justitie. Voordat hij naar Nederland komt, zit hij in 2013 nog een straf van 18 maanden uit voor een woninginbraak. Eenmaal in Nederland wordt hij meteen onder toezicht van de reclassering gesteld.

‘Kent u elkaar?’
‘Kent u het slachtoffer?’, vraagt de rechter tijdens de zitting aan de Damster. ‘Kent u mevrouw of kennen jullie elkaar?’, stip de rechter nogmaals aan. ‘Ik geef daar geen antwoord op’, zegt de Damster zacht. Het valt even stil in de zittingszaal. Hij ontkent bij de vrouw in de woning te zijn geweest die nacht. Uit gegevens van zijn mobiele telefoon valt een tijdlijn te halen, zo ook rond de dagen van de overval op de juweliersvrouw.

Aangestraalde masten
Op vrijdag 26 mei traceert men de man overdag in Appingedam. Rond 23.00 uur plaats recherche  de man in de trein op weg naar Groningen. Hij stuurt op dat moment een bericht naar zijn vriendin. Zij is die avond naar een concert geweest in Amsterdam. Kort daarna straalt zijn telefoon het station in Groningen aan. De trein waarin de man zit blijkt te komen vanuit Appingedam. Het is nu rond 00.30 uur in de nacht in Groningen. Om even over drie wordt de vrouw in haar woning overvallen. Om 04.50 ontvangt de Damster een sms van zijn vriendin. Zijn mobieltje straalt dan weer een mast aan in zijn woonplaats Appingedam.

‘Wilde boel’
Op 10 april dit jaar belt hij met zijn broer. Hij vertelt hem dat hij niet in de woning van de vrouw is geweest, wel heeft hij wiet staan roken, in de wijk waar de vrouw woont. Op 17 april wordt de man opgepakt en meegenomen voor verhoor. Dan blijkt ook dat de man er wat relaties betreft een ‘wilde boel’ op na houdt. Er lopen diverse verhoudingen door elkaar sinds de man in Nederland verblijft. Het duurt dan ook niet lang voordat zijn vriendin zijn ex is. Ook komt naar voren dat hij een tweede en zelfs een derde mobiele prepaid-telefoon mist. Hij weet niet meer waar deze telefoons zijn.

Niet dezelfde vader
Hij heeft een goed contact met zijn broer. Omdat ze vaak samenzijn kan het volgens de man zijn dat zijn broer de overval heeft gepleegd. Op deze verklaring wordt het DNA van de broer van de man afgenomen. Er volgt een zogeheten Y-chromosomaal onderzoek. Daaruit komt naar voren dat er geen DNA-materiaal van de broer in de woning of bij de vrouw is aangetroffen. Wel levert dat onderzoek ander schokkend nieuws op voor de Damster: zijn broer blijkt een andere vader te hebben. Zijn ‘broer’ is dus zijn halfbroer. DNA van een eventuele derde of andere persoon moet in de verwante mannelijke lijn van de Damster zitten, en niet in diens halfbroer-lijn. En daar zit ‘m de kneep, want alles wijst naar de 34-jarige Damster, die er een dubbelleven op na lijkt te houden, én die zwijgt…

75.000 euro
De vermiste sleutels zijn nooit bij hem aangetroffen. Tot op de dag van vandaag zijn ze nog steeds spoorloos. De juweliersvrouw laat al haar sloten vervangen en verhuist. Ze claimt 75.000 euro schade voor gemaakte kosten, geestelijk leed en voor inkomstenverlies in de maanden na de grove overval. ‘Terecht’, zegt de officier van justitie. ‘Zoveel leed, zo een harde werker. En dan in de nacht overvallen worden in je eigen woning, waar je je juist veilig moet voelen’, zegt hij.

Geen gebruikelijke route
De vrouw is eerder ernstig ziek geweest en dat te boven gekomen. Ze huilt en trilt tijdens het voorlezen van haar slachtofferverklaring. ‘Als ik moest kiezen tussen opnieuw kanker overleven of deze overval, dan kies ik voor kanker.’ De Damster leunt voorover. Hij luistert en zwijgt. De officier stipt aan dat de flat van de vrouw op zevenhoog niet echt op een gebruikelijke route ligt voor overvallers. ‘Erg onhandig.’ Wat de officier daarna zegt zet mij aan het denken.

‘Was hij misschien op zoek naar een code van een kluis? Hij heeft geen verklaring én geen alibi. Wilde hij haar zomaar even vastbinden? Wat was nu eigenlijk zijn intentie? In de volksmond heet dit een overval. Hij wist wat hij daar kwam doen. Ik eis 5 jaar cel. Ook moet hij de claim van 75.000 euro betalen. Want als de overval niet had plaatsgevonden, dan had de vrouw de kosten niet gehad, klaar.’

Vol vragen
De Damster schudt zijn hoofd. Zijn raadsman vindt het bewijs flinterdun en vraagt vrijspraak voor zijn cliënt. Ook de schadeclaim vindt hij ver overtrokken, mocht de rechtbank al tot een bewezenverklaring komen. De Damster kijkt niet naar de vrouw en ook niet naar de rechters. Hij moet met de parketpolitie mee en terug naar zijn cel in Leeuwarden, waar hij in voorarrest zit. Ik kijk hem na terwijl hij de zittingszaal uitloopt. Ik blijf met vragen zitten.

‘Met de minuut vreemder’
Terwijl ik de zaak uitwerk in de perskamer, nemen mijn collega rechtbankverslaggever en ik de zaak kort door. ‘Deze zaak wordt met de minuut raarder en vreemder, als je er goed over nadenkt’, is zijn conclusie. Ook ik opper dat tot drie keer toe ‘ik hou van jou’ tegen je overvaller zeggen aan deze zaak op zijn minst een bijzonder tintje geeft. Daarbij zijn de ‘gestolen’ sleutels niet gevonden, is de woning niet overhoopgehaald op zoek naar anderszins bruikbare zaken, én mist er geen geld. Er zijn geen braaksporen in de woning aangetroffen en de sleutels van de goudzaken zijn niet gebruikt voor diefstallen.

En dan rest nog de doordringende vraag van de rechter aan de Damster. ‘Kent u het slachtoffer? Kent u mevrouw of kennen jullie elkaar?’ En daarop het stilzwijgen van de Damster.

Onduidelijk maar het ‘kan niet anders’
Inmiddels is de man door de rechtbank veroordeeld tot niet vijf maar drie jaar celstraf. Hij moet naast de straf ruim 21.000 euro aan de vrouw betalen. Volgens de rechtbank is onduidelijk gebleven waarom de vrouw werd overvallen. Toch kan het volgens de rechters niet anders, dan dat hij de overval heeft gepleegd, al had de Damster voor zijn aangetroffen DNA geen enkele verklaring.

Soms heb je van die zaken waarvan je denkt: het verhaal is niet rond. Er is hier iets bijzonders mee aan de hand. Maar wát…

 

 

  • Lees hier het nieuwsartikel dat ADP over de zaak schreef.

Over de auteur:

Karin Rixt Smalbill is voor het ADP rechtbankverslaggever en blogt hierover op PenvanRixt. Ze is jurist, eigenaar van Succesbureau en Leiderschapstraining Ameland en is freelance journalist voor het DvhN. Tweets van Karin zijn te vinden als @karinrixt